26 november 2025 in Bedrijf & Organisatie door Wolleswinkel Hofman Advocaten

Geen verjaring, stuitingsbrief wel ontvangen

Bedrijf & Organisatie

Een man moet een flinke schuld aan de bank terugbetalen. Brieven daarover zou hij niet hebben gekregen. Als dat klopt, is de vordering verjaard.

Een bank leent een man een behoorlijk bedrag. Vervolgens wordt de man failliet verklaard. Meerdere malen stuurt de bank een brief om daarmee de nog openstaande vordering te innen. Als de man laat weten geen geld te hebben, legt de bank conservatoir beslag op zijn woning en vordert bij de rechtbank Rotterdam betaling van € 100.000. Volgens de man is de vordering van de bank verjaard, hij wil ook dat het beslag wordt opgeheven.

Verjaringstermijn

De verjaringstermijn bedraagt vijf jaar, zo overweegt de rechtbank, en begint op het moment dat de vordering opeisbaar wordt. De verjaring kan worden gestuit door een schriftelijke aanmaning of een schriftelijke mededeling waarin de schuldeiser ondubbelzinnig zijn recht op nakoming voorbehoudt. Na elke stuitingshandeling begint een nieuwe verjaringstermijn van vijf jaar te lopen. De bank heeft binnen de verjaringstermijn de stuitingsbrief gestuurd en die heeft de man ook ontvangen. Maar de eerstvolgende brief van de bank heeft hij pas zeven jaar later gekregen, zegt hij. Als dit juist is, is de vordering van de bank verjaard, ook al zijn er in de tussentijd stuitingsbrieven gestuurd.

Ontvangen

In het Burgerlijk Wetboek staat dat een verklaring pas werkt als die persoon deze heeft bereikt. Een schriftelijke verklaring heeft de geadresseerde bereikt als zij door hem is ontvangen. Een verklaring is ontvangen als deze is verzonden aan een adres waarvan de verzender redelijkerwijs mocht aannemen dat de geadresseerde daar door hem kon worden bereikt en de verklaring op dat adres is aangekomen.

Tweede stuitingsbrief

De man beweert de tweede stuitingsbrief niet te hebben gekregen. Deze brief is verzonden aan zijn (toenmalige) woonadres. De bank mocht redelijkerwijs aannemen dat de man daar woonde, eerdere brieven waren daar ook aangekomen. De man stelt niet dat hij tussentijds een adreswijziging aan de bank heeft gestuurd.

Geen verjaring

Die brief heeft de man wél bereikt, constateert de rechtbank uit de stukken. Dat blijkt uit een e-mail van iemand die op het adres is gaan wonen en de brief heeft doorgestuurd naar de man. Daarmee is op die dag een nieuwe verjaringstermijn van vijf jaar gaan lopen. Latere brieven heeft de man wel weer ontvangen, geeft hij toe. Daarmee is de vordering van de bank niet verjaard.

ECLI:NL:RBROT:2025:13041

Wolleswinkel Hofman Advocaten


Stuur een mail 0342 491 028